Meer dan een stempeltje
Om te beginnen: fipronil en permethrin zijn middelen die zijn goedgekeurd door het College ter Beoordeling van Diergeneesmiddelen (CBG) voor de bestrijding van vlooien, teken en luizen bij hond of kat. Die goedkeuring is meer dan een stempeltje: alle producten worden uitvoering getest om er zeker van te zijn dat ze veilig zijn voor zowel mens als dier. Ook wordt hierbij gekeken naar ecotoxiciteit (is er gevaar voor het milieu). Alle door het CBG geregistreerde diergeneesmiddelen worden elke paar jaar door de overheid getest op veiligheid voor dier, mens en omgeving.
Appels en peren
Ook vergelijkt PAN appels met peren door diergeneesmiddelen over één kam te scheren met landbouwgif dat wordt verspreid over het land waarop gewassen voor consumptie worden verbouwd. Een ander punt is dat PAN veronderstelt dat de middelen die op de huid van de hond worden aangebracht, volledig worden opgenomen in het bloed van het dier. Dat is niet juist: als er van deze stoffen al iets wordt opgenomen, dan gaat het om heel kleine percentages, zo blijkt uit wetenschappelijk onderzoek.
Teken- en vlooienmiddelen worden toegediend op de vacht van de hond of kat om daar het dier te beschermen tegen vlooien en teken. Het zijn contactgifstoffen, geen orale gifstoffen. Als honden- en kattenbezitters de middelen toepassen volgens de instructies in de gebruiksaanwijzing, dan zijn ze niet schadelijk voor dier en mens. Het is wel belangrijk dat je klanten op het hart drukt om de bijsluiter goed te lezen zich te houden aan de veiligheidsvoorschriften.
Bittere noodzaak
En dan nog dit: vlooien en teken veroorzaken niet alleen gezondheidsrisico’s voor de huisdieren, maar ook voor mensen. Het bestrijden van vlooien en teken bij huisdieren is daarom bepaald geen luxe, maar bittere noodzaak om deze risico’s te verminderen. Of zoals hoogleraar toxicologie prof. Dr. Martin van den Berg het vandaag in een interview omschreef: “Deze middelen helpen ons ook in de strijd tegen ziekten die door teken en vlooien kunnen worden overgedragen, zoals Lyme.”
Vraag je leverancier
Kortom, zoals het er nu uitziet, is er geen gevaar voor hond, kat en mens. Je kunt de middelen dus gewoon blijven verkopen. We adviseren je om extra informatie bij de leverancier op te vragen, zodat je als huisdierspecialist de klant goed kunt voorlichten en helpen bij de keuze van het juiste product.
[/wpmem_logged_in]